In november 2022 bracht het vorige kabinet de Strategie Digitale Economie uit met ambities en doelstellingen tot en met 2030. Nederland wil koploper zijn in de digitale transitie en dat betekent dat het kabinet inzet op vijf pijlers met concrete doelen. Het huidige kabinet zet dit beleid onverminderd door.
In de voortgangsrapportage die minister Beljaarts in de eerste week van maart naar de Tweede Kamer heeft gestuurd, presenteert het kabinet de voortgang van het beleid in het realiseren van de doelstellingen bij de vijf verschillende pijlers voor de digitale economie tot eind 2024. Recente ontwikkelingen in 2025 zijn in deze voortgangsrapportage dus niet meegenomen.
Het gaat om de volgende pijlers:
- Versnelling digitalisering mkb
- Stimukeren digitale innovatie en vergroten aantal digitale professionals
- Creëren van de juiste randvoorwaarden voor goedwerkende digitale markten en diensten
- Behouden en versterken van een hoogwaardige en weerbare digitale infrastructuur
- Versterken cybersecurity
Verschillende digitale strategieën
De Strategie Digitale Economie is nauw verwant aan de Nationale Technologiestrategie van begin 2024 en de Nederlandse Cybersecuritystrategie van oktober 20223. Deze strategieën raken ook voor een deel aan het overheidsbrede digitaliseringsbeleid. Onder coördinatie van de Staatssecretaris van Digitalisering en Koninkrijksrelaties Zsolt Szabó vindt momenteel een uitwerking plaats van een overkoepelende Nederlandse Digitaliseringsstrategie vanuit de overheid, die naar verwachting in het tweede kwartaal van 2025 zal verschijnen. De Strategie Digitale Economie en het beleid voor de digitale economie wordt ook in sterke mate beïnvloed door de Europese Unie. Het beleid sluit in grote mate aan bij de doelstellingen in het beleidsprogramma van het Digitale Decennium (Digital Decade) en de prioriteiten van de Europese Commissie.
Belangrijkste conclusies
In de voortgangsrapportage Strategie Digitale Economie komt naar voren dat digitalisering door het mkb, het gebruik van digitale innovaties en de kwaliteit van de digitale infrastructuur zijn verbeterd. Maar wat zorgen baart, is dat het tempo te laag ligt om Nederland bij de wereldtop te houden, er een significant tekort is aan digitale professionals en private investeringen in de digitale infrastructuur achterblijven.
De Strategie Digitale Economie zet in op een weerbare, welvarende en innovatieve digitale economie in 2030, waar iedereen in mee kan doen. Om dat te bereiken is de ontwikkeling en toepassing van innovatieve digitale technologie van groot belang. Van baanbrekende computerkracht door onder meer de inzet van quantumcomputers en de kansen die AI biedt, tot de toekomst van supersnelle connectiviteit met 6G-netwerktechnologie. Om deze uitdaging aan te gaan, zet Topsector ICT in op de digitale sleuteltechnologieën uit de Nationale Technologiestrategie (NTS) en benut daarbij de kracht van publiek-private samenwerking (PPS).
De inbreng van Topsector ICT
Frits Grotenhuis, directeur van Topsector ICT, stelt in de voortgangsrapportage dat door de jaren heen grotere publiek private samenwerkingsverbanden zijn gestimuleerd voor de ontwikkeling en toepassing van digitale sleuteltechnologieën. “Op basis daarvan is gewerkt aan nieuwe onderzoeks- en innovatieprogramma’s, waarmee we op verschillende onderwerpen samen met onze partners grote stappen hebben kunnen zetten.”
Een speerpunt van Topsector ICT is het stimuleren van innovatie op het gebied van digitale sleuteltechnologieën. “De komende jaren willen we met de subsidie instrumenten die we tot onze beschikking hebben, samen met NWO, TO2 organisaties, coalities, andere topsectoren en departementen gezamenlijk investeren in kennis en innovatie. Hierbij zal deze Kennis- en Innovatieagenda (KIA) Digitalisering inhoudelijk leidend zijn”, licht Grotenhuis toe.
Samenwerking met Economische Zaken
Bij het realiseren van de doelen op het gebied van digitalisering en digitale economie is nauwe samenwerking met het ministerie van Economische Zaken essentieel. Dat gebeurt onder meer op het gebied van beleidsontwikkeling, instrumenten en de PPS-aanpak. Het mkb is eveneens een onmisbare partner in innovatieve samenwerkingsverbanden. Daarbij zet Topsector ICT verschillende subsidie-instrumenten in, die elkaar ook weer versterken, zoals het Strategische Beurzenprogramma en de MIT-regeling. Daarnaast wil hij het regionale netwerk rondom mkb’ers versterken.
Kansen en uitdagingen
Voor de komende jaren ziet Topsector ICT een aantal belangrijke kansen en uitdagingen. Enerzijds is er de noodzaak om te blijven investeren in onderzoek en innovatie, met name op het gebied van AI/data en Cybersecurity Technologies, maar ook bijvoorbeeld digital twins en digitale product paspoorten. Anderzijds zijn er uitdagingen zoals de krapte op de arbeidsmarkt en de toenemende cyberdreiging.
Het is belangrijk om een Europese focus te hebben om bovengenoemde uitdagingen het hoofd te bieden. “Het is belangrijk dat we als Nederland een koppositie in Europa blijven behouden, zowel op digitale technologieën als bestuurlijk,” aldus Grotenhuis. “In Europa maken we leidende afspraken en bepalen we belangrijke standaarden die mondiaal sturend zijn voor groeimarkten. Dan kun je beter in de voorhoede zitten en meepraten, dan achter de feiten aan te lopen.”
Bekijk de voortgangsrapportage Strategie Digitale Economie